02 december, 2018

Portfolio 34: Slootjes - As in de wind - Tijdwinst die een eeuwigheid duurt

Slootjes

In kinder- of prepuberjaren, toen door de omgeving zwerven een avontuur was, bezocht ik vaak een slootje bij de joodse begraafplaats Zeeburg, in de buurt bekend als Jodenmanussie. Je kon een netje erdoorheen halen en de vangst in een emmertje of potje bekijken.
Er zat vaak een piepklein visje bij dat, tot mijn nu nog aanwezige spijt, schielijk overleed. Geen idee wat voor soort visje het kon zijn.
En verder kronkelden er muggenlarven. Hun op hen lijkende poppen bewogen dan weer niet. Een enkele larve van een waterkever. Posthoorn- en poelslakken. Rugzwemmers of bootsmannetjes (dat "of" hoort er altijd bij als je het dier benoemt).
Als ik nu in de sloot achter mijn datsja kijk zie ik nauwelijks diertjes zwemmen.

As in de wind

Moedeloos haal ik de vuilniszak weer naar boven. Het is woensdagavond, niet donderdag.
Dronken studentachtige types lopen langs, brallend: Niemand weet, niemand weet dat ik Repelsteeltje heet.

Ik mag van slag zijn, al met al. Mijn zus heeft gebeld dat zij kanker heeft, zij ziet niets in bestraling of chemotherapie en laat weten dat er niemand bij haar crematie moet zijn. Een maaltijd in familiekring na afloop. Uitstrooien van de as in nader aan te geven kluft (zij is net zo gehecht aan de streek als ik, die mijn nom de plume er elders aan ontleend heb). Zij blijkt al eerder gebeld te hebben, boodschap met snik. Die vanavond ontbrak.

Mijn grote zus hoort er gewoon te zijn. Maar neen.

Tijdwinst die een eeuwigheid duurt

Het geschiedde in die dagen dat ik werkte in Overveen en de zomeravonden/-nachten doorbracht in mijn huisje aan de duinrand in Egmond-Binnen. Er was een goede treinverbinding tussen Haarlem en Castricum, de rit op de fiets tussen het station en het huisje was goed om het werk af te schudden en de vrijheid van natuur in de duinen te beleven.
Dan die ochtend waarop er een trein iets voorbij het perron stilstond en het verkeer was stilgelegd. Ik kon niet naar mijn werk. Vernam dat een jonge vrouw "nog net even" tussen de spoorbomen door een trein had willen halen. De beoogde tijdwinst betekende de eeuwigheid.

Ik belde dat ik door overmacht niet op kantoor kon komen. Een onbedoelde vakantie.

Geen opmerkingen: