Wie het over de "totalitaire verleiding" heeft in de jaren zeventig, meer bepaald in (Amsterdamse) studentenkringen, zonder Vietnam, Cambodja en Laos te noemen als transmissieriem of slaghoedje voor de geestelijke omwenteling in Eerste-Wereld-Nederland, mist een belangrijke schakel in het geheel.
Zeker, de Communistische Partij Nederland vond "Vietnam" secundair. Het was dan ook wat politieke partijen betreft in de eerste plaats de Pacifistisch-Socialistische Partij die het protest organiseerde. En dat was nou precies ook de reden waarom de CPN Vietnam niet belangrijk wenste te vinden in vergelijking met het altijd op de loer liggende Westduitse revanchisme.
Een van de misverstanden voor de kinderen van de bourgeoisie was dat de CPN wel solidair zou zijn met de al dan niet vermeende communisten van Vietnam, en dat deze partij pas echt de Belangen van de Werkende Klasse wist te vertegenwoordigen. Die klasse was zo ver buiten beeld voor deze categorie studenten dat ze dat wellicht ook echt geloofden. Noch Vietnam noch "de werkers" hadden in feite een boodschap aan de CPN. Tegen het einde van de jaren zeventig, de electorale instorting van de partij zal een rol gespeeld hebben, kwam het inzicht dat oproepen tot steun voor de enige partij die het marxisme-leninisme als wetenschappelijk uitgangspunt hanteerde, om een advertentie te parafraseren, je loopbaan verder niet bevorderde. Niet dat het veel uitmaakte, voor de kinderen van de bourgeoisie.
- Wordt vervolgd -
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten