Veel over nogal erg weinig, anders kan ik het boek 'Een banier waar geen smet op rust' niet typeren. Geldt dit alleen voor het Nederlandse trotskisme, een engagement dat met het aan De Waarheid ontleende "vele tientallen" wel afdoende geteld is? Elders is het trotskisme waarschijnlijk belangrijker (geweest), en ach, Sneevliet telt niet mee.
Ik moet heel eerlijk bekennen dat ik een hogere dunk heb gehad van de trotskisten in Nederland voordat ik het boek las dan ik nu na het lezen heb. De gedachte dat de Revolutie voor de deur stond heb ik ook gekoesterd maar ik heb zeker in de jaren zeventig geen ogenblik gedacht dat de Kladderadatsj te danken zou zijn aan anarchisten. Dat denk ik nog steeds niet, maar ik zie dezer dagen wel anarchistisch aandoende actievormen, waarvan evenwel waarschijnlijk niet de Definitieve Omwenteling te verwachten is. Enfin, revolutie is een proces dat ten hoogste op zeker ogenblik politiek bekroond wordt. Nuit Debout wordt bijvoorbeeld in toenemende mate van "anarchisme beticht". Het lijkt mij juist maar het wil niet zeggen dat anarchisten de beweging "beheersen", toch al niet het streven van anarchisten die de naam waardig zijn. Bij de trotskisten geloofde men er zeker in dat zij een belangrijke rol konden spelen, die van Voorhoede, bij een revolutie die niet ver af meer kon zijn - in de jaren tachtig bijvoorbeeld. In de tijd waarin de Buitenuniversitaire Praxis van de studentenbeweging van rond 1970 allang vergeten was ("de fabrieken in") gingen trotskisten plotseling gestudeerd en al achter de lopende band staan. Die had je toen nog, in Nederland...
Een illusiepolitiek waar ik destijds niet van op de hoogte was en die mij nu treft als ongelooflijk onrealistisch, en dat is nog zacht uitgedrukt. Ik had een hogere dunk van met name Ernest Mandel, die blijkbaar steeds te zeer de kans op revolutie waarnam. Ja, ik heb geloofd in bijvoorbeeld zijn idee dat het kapitalisme niet vanzelf sterft (een opmerkelijke organisme-analogie) maar dat het dagelijks slagen toegebracht dient te krijgen. Niet het idee van zich marxist noemenden uit het begin van de vorige eeuw, die zeker wisten dat "het kapitalisme" (weer dat organisme) zijn eigen ondergang wel zou bewerkstelligen en dat men er als het ware met de armen over elkaar naar kon kijken. Op zich een compliment. Trotskisten hadden (hebben) een goed analytisch vermogen op het punt van concrete analyse van de concrete situatie zoals Lenin voorschreef en - moet ik concluderen - een erbarmelijk recept voor actie.
Het trotskisme in Nederland was in hoge mate een aangelegenheid van mannetjes, ik denk dat ik de gehele Voorhoede wel zo'n beetje heb meegemaakt in de jaren zeventig (ik kom er op terug). Als de stroming met de tijd mee moet gaan en wil aansluiten bij de Tweede Golf betekent dit, bedenk ik nu, waarschijnlijk op den duur een realistischer benadering van de eigen rol. De "officiële" trotskisten zijn geen partij meer, de Internationale Socialisten komen niet meer als een door mannen gedomineerde club over. Meer hierover later nog.
- Ron Blom & Bart van der Steen, 'Een banier waar geen smet op rust' - de geschiedenis van het trotskisme in Nederland, 1938-heden. Soesterberg: Aspekt, 2015. 439 p. prijs 24,95. Geen index, wat de bruikbaarheid als naslagwerk bepaald in de weg staat.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten