De Kerk is partij op de religieuze markt geworden, een aanbieder die zich steeds opnieuw zal moeten waarmaken, want de tijd van het monopolie is voorbij. Dit zei Govert Buijs bij de jaarlijke Oecumenelezing te Utrecht.
De lezing, getiteld God is terug – maar voor de Kerk is het nog even wennen, georganiseerd door de Raad van Kerken in Nederland, werd 18 januari gehouden in de remonstrantse Geertekerk. Buijs, docent sociale en politieke filosofie aan de Vrije Universiteit te Amsterdam, hield de marktmetafoor tamelijk consequent vol. En de Kerk, hoewel in Nederland sterk in het defensief gedrongen de afgelopen veertig jaar, heeft genoeg te bieden. Als kernpunt van de christelijke leer en praktijk noemde hij de agape, bekend van de hymne uit 1Kor.13, de liefde. Volgens Buijs was dit Griekse woord zo goed als nieuw in deze brief van Paulus, het is evenwel in de Griekse vertaling van de joodse bijbel, de Septuagint, al te vinden.
De lezing is hier na te lezen.
Als eerste referent trad op Manuela Kalsky, hoofd van het Dominicaans Studiecentrum voor Theologie en Samenleving te Nijmegen. Zij wees er op dat het idee van secularisering iets Europees is, en alleen Europees. De Kerk heeft er zelf wel toe bijgedragen dat zoveel mensen zich ietsist in plaats van christen noemen. De Kerk moet hier iets op terug te zegen hebben, moet zich vertonen op het marktplein maar niet als aanbieder op wat men markt noemt. De Kerk moet zich luisterend opstellen en geen mission statement uitspreken. De Kerk moet op zoek naar de eigen kernwaarden. De liefde, agape, is een kernwaarde, maar deze is niet exclusief voor het christendom. De openbaring van God gaat altijd door en er is niet zoiets als een christelijke identiteit – hetgeen gezien moet worden als een punt van sterkte, niet als een zwakte.
Erik Borgman, hoogleraar theologie aan de Universiteit van Tilburg, tweede referent, stemde met Kalsky in dat de Kerk niets te verkopen heeft, en noemde dit juist de kracht van het christelijk geloof. Ook wat betreft het niet bestaan van een christelijke identiteit stemde hij in met Kalsky. De christen is gedwongen tot liefde, de agape ligt ten grondslag aan wat wij de samenleving noemen. De Kerk heeft geen zekerheden te verkopen en dient in debat te zijn met de gelovigen, ongelovigen en andersgelovigen.
Vanuit het publiek kwam de vraag waarom in geen van de inleidingen Jezus, laat staan de persoonlijke relatie van de gelovige met Jezus, ter sprake was gebracht. Buijs ging hier helemaal niet op in, Borgman hield staande dat de agape de kern van het christendom is, niet een persoonlijke relatie met Jezus. “God is niet van ons, Jezus evenmin.” Kalsky stemde hier mee in: het geloof draait niet om Jezus maar om het te verwezenlijken koninkrijk Gods. De taak voor de Kerk is het organiseren van het goede leven voor allen.
Aan het slot van de discussie werd voorafgaande aan de nieuwjaarsborrel de nieuwe algemeen secretaris voorgesteld: Klaas van der Kamp.
De nieuwe secretaris is onder andere journalist, hervormd predikant in Zwaagwesteinde en uitgever van de nieuwe bijbelvertaling geweest. Hij treedt per 1 maart in functie. Fijntjes werd gezegd dat zijn taak een 0,8-werkweek omvat maar dat de Raad niet verwachtte te bemerken dat het een onvolledige werkweek zou zijn. Met een glimlach nam de nieuwe secretaris de bekendmaking van zijn taak in de organisatie van het goede leven zwijgend in ontvangst.
(2008)
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten