PROVO voelt zich voor de keus gesteld: Desperaat verzet of lijdzame ondergang.Wie het twintigste-eeuwse anarchisme bestudeert kan weten dat Nederland in de jaren zestig vooropliep in de jongerenrevolutie, voor Berkeley of Parijs. Dit kan een paradoxale reden tot trots zijn, zoals er nu de schaamte is over de (proto)fascisten die het openbare "debat" beheersen.
PROVO roept op tot verzet waar het kan.
PROVO ziet in dat het de uiteindelijke verliezer zal zijn, maar de kans deze maatschappij althans nog eenmaal hartgrondig te provoceren wil het zich niet laten ontgaan.
Dezer dagen is er die ene actief-kritisch-theoreticus, Willem Schinkel. Hij ziet de huidige krisis, die zowel economisch als ecologisch is, als een kairos, een gelegenheid om visies bij het publiek te vormen, niet andersom. Hij pleit voor bewustwording, de prise de conscience van Ellul, een Grote Solidarisering in plaats van de Grote Desolidarisering die het huidige zogenaamde neoliberale denken met zich meebrengt.
Kairos zou het scheppen van een nieuwe democratische sfeer moeten zijn, een nieuw paradigma in de politiek - een paradigma dat Schinkel ziet in de Partij voor de Dieren. Nu ik deze regels opschrijf dringt tot mij door dat deze net zo'n unieke voortrekkersrol vervult als Provo. Waarom de hoop niet koesteren? Inmiddels zijn er partijen voor de dieren met volksvertegenwoordigers in Portugal en Duitsland, zij vertegenwoordigen de onvertegenwoordigbaren. Een bezoeking wellicht voor anarchisten, maar het vertegenwoordigen van de stemloze andere schepsels, nooit zonder eigenbelang, want de aarde staat op het spel, is toch iets anders. Misschien is het kairos...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten