Dorothee Sölle is een filosofe en theologe die ik als een gutmenschliche geitenbreister rechts zou willen laten liggen - maar haar Mystiek en verzet werd mij aanbevolen in verband met onder anderen Dorothy Day. Die heeft er een hoofdstukje in. Er komen meer mensen die zij mystici noemt in aan bod die erkend anarchist zijn: Thoreau, Tolstoj, Martin Buber, Lao Zi, Simone Weil, mensen die er niet ver van af staan als Thomas Merton en Thich Nhat Hanh, verdere sympathieke denkers/doeners als C.S. Lewis, Martin Luther King jr en Gandhi. En oudere mystici als Eckehart en Angelus Silesius, die in de voorbije eeuw door anarchisten 'ontdekt' zijn. En daartussen enkele verrassende namen als Dag Hammarskjöld, ooit 'de baas van de wereld' en op missie in Kongo wellicht vermoord (zullen we dit ooit zeker te weten komen?). Mystici die als zodanig de wereld beter wilden maken, vindt Sölle, en ze hanteert een ruimhartige en ruime definitie van mystiek: wij zijn allen mystici. Daar valt wat voor te zeggen; laat u er maar niet door afschrikken.
Met alle tegenzin die ik oorspronkelijk voor de schrijfster voelde, moet ik toegeven dat ik het een leerzaam boek vind doordat het een kennismaking is met allerlei mensen die mij anders wellicht ontgaan zouden zijn. Haar begrip van mystiek is vatbaar voor discussie, maar het zou inderdaad flauw zijn het iets esoterisch te laten houden. Blijft (en dat komt zeker niet alleen door de
vertaling) die hinderlijke gutmenschliche taal, dat NCRV- of arbodienstgeurtje. Een plaats heet in deze vertaling nooit een plaats, altijd een plek, en dat 'helen' dat niets met fietsendieven te maken heeft - de bijbehorende voorzetsels 'richting' en 'naar ... toe' ontbreken gelukkig wel. Goed, een eigen geloofsverklaring als mysticus dan maar, ten gunste van Sölle en vast toch niet gutmenschlich.
Zij is van 1975 tot 1987 hoogleraar geweest aan Union Theological Seminary te New York. Dit instituut heeft in de donkerste jaren van de recente geschiedenis de Frankfurter Schule gehuisvest en dit was wel een bedevaart waard. Zittend onder de magnolia op de binnenplaats kon ik daar in de juiste omgeving heel wat tot dan ontbrekende werken koesterend bekijken. Ik hield van Union, van New York, dan houd ik nu ook maar van Sölle. Zou dit mystiek genoeg zijn? Erich Fromm, die niet naar Union is meeverhuisd, want al goeddeels weg bij de Schule, behandelt ze zowaar. Kierkegaard niet, dus ook Adorno niet, laat staan Herbert Marcuse.
Toch maar lezen, als het u wat lijkt...
- Dorothee Sölle, Mystiek en verzet: 'Gij stil geschreeuw': Ten Have, Baarn 2000 (derde druk).
(2000)
NASCHRIFT
Zo schreef ik dus in eerste instantie over een boek dat mijn kijk op de wereld sindsdien nogal bepaald heeft. Gutmenschlich, ik zeg het nog maar even, verwees toen nog naar de wollige welmenende toon die zeker ook kerkelijke mensen aansloegen (en misschien nog wel - ik denk aan de huidige paus), maar het woord is gekaapt.
Ik ben ook anders gaan denken over bevrijdingstheologie sinds 2000.
Het boek viel voor mijn voeten terwijl de skinheadvandalen van de zogenaamde woonstichting De Key mijn bibliotheek op de brandstapel gooiden, naast Marcuse's Eendimensionale mens. Ik heb het er niet uitgeraapt, het ligt nog in een loods.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten