Zij was het, geen twijfel mogelijk. Zij zat in de trein die de mijne passeerde, de andere richting in.
Zij was blond. Volgens de schema´s die ik in mijn hoofd heb – of moet ik zeggen: had? – heb ik geen speciaal zwak voor “blond”. Maar haar engelachtige uitstraling vertelde mij: jij bent HET.
De ontmoeting kon niet korter zijn. Of de wereld sindsdien totaal veranderd is voor mij durf ik niet eens te bedenken. Hoe zoek ik contact met haar?
Vermelden: jij zat ingespannen te turen op een telefoon [Koreaans merk], ik zat diep weggedoken in een boek van Philip K. Dick. Maar jij was het wel.
Het scenario waarin wij beiden door één trein verpletterd worden dient zich niet aan.
Een taal op weg naar niets
De feeërieke pavoiserie van de przewalskipaardenmennerij concurreert met de grandioze en buitenissige kalefatering van de cacteeënkassenopstelling.
Eens had hier de insectensekte zijn communicatiecentrum dat door een specifieke brigade van groentemannen uit de vinexwijk was ingericht naar de smaak van hoi polloi op dit van vehementie in tremolo schuddende tijdsgewricht. Men hoede zich voor imitatie, kon men percipiëren in de convocatie voor de heropening na de onderhavige renovatie.
De paarden nochtans apprecieerden al deze aandacht van de aanzwellende multitude maar matigjes. Zij hieven hun staarten en excrementeerden bolussen van belang die menigeen de benenwagen deden nemen naar locaties waar het aroma hen niet bereikte.
“Waar gaat dit over?” vroeg menigeen zich af. “Hiervoor,” zeide ik als jurylid, “geef ik een zes.”
Naschrift op deze plaats
Het tweede stukje werd synchroon geschreven met een deel van het Groot Dictee van de Nederlandse taal. Ik wist op dat ogenblik niet dat niemand minder dan Kees van Kooten deze futiele oefening had samengesteld en deze in feite betekenis had gegeven door vooral de kromtaal die de Nederlandse media verstopt als rode draad door het geheel te laten lopen. De pzjevalskipaarden waren zo te zien net zo'n knipoog als de mijne. Ik wist werkelijk niet dat ze langs zouden komen hinniken. De strijd tegen de kletskoek zal vechten tegen de bierkaai blijven, valt te vrezen. En zoals Chomsky zegt over "human rights abuses": dergelijke taalverkrachting heeft een functie, zoals ook "homogeweld" in plaats van "homohatersgeweld" of "holocaust" voor "massamoord op Joden" een functie heeft.
Ik plak ook nog even mijn eigen commentaar bij eigen stukje:
Oenbeschriejen oenberoefen, ik wist niet dat die prillewipskipaarden ook echt weer langs zouden komen in Het Diktee, waar ik verder geen tijd of energie aan besteed, behoudens het schrijven van bovenstaande…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten