Het Mattheüsevangelie meldt het zo;
Worden niet twee musjes om een penningsken verkocht? En niet een van deze zal op de aarde vallen zonder uw Vader. En ook uw haren des hoofds zijn alle geteld. Vreest dan niet; gij gaat vele musjes te boven. (10:29-31)
De passus wordt nog wel eens aangehaald om te illustreren dat het christendom niet zo diervijandig is als het wordt voorgesteld: de hemelse Vader neemt de musjes op als zij ter aarde vallen. Het Lukasevangelie maakt een Extra Aanbieding van de musjes:
Worden niet vijf musjes verkocht voor twee penningskens? En niet een van die is voor God vergeten. Ja, ook de haren uws hoofds zijn alle geteld. Vreest dan niet; gij gaat vele musjes te boven. (12:6-7)
Een farthing, het aan vier verwante woord is er in terug te kennen, was een kwart penny, de munt is verdwenen in 1960. Clare Kipps probeert aandacht te vragen voor het "gewone" door de mensen minachtend bekeken dier, dat een muzikale huisgenoot voor haar is nadat zij het om een kneuzing heeft opgenomen. Het is geschreven in een tijd waarin dieren werden beschreven in termen van "nuttig" en "onnuttig". Is die tijd voorbij? Formuleringen veranderen maar de redenering blijft hetzelfde. Ganzen zijn nuttig voor leverpastei, verder onnuttig want ze zijn gevaarlijk voor vliegtuigen en ze eten gras. Dassen verspreiden koeientering. Redenen om tot afslachten over te gaan. Er zullen nog heel wat boeken als dat van Clare Kipps nodig zijn om die redenering af te breken - in feite wordt zij allang uitgebreid over mensen. Mensen "waar geld bij moet".
De te fabula narratur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten