Onzichtbare kraken
Toen ik nog dicht bij de grond leefde was er de voorzee op het strand, die is er nog steeds. Maar het heeft er niets mee te maken dat ik nu een stuk minder dicht bij de grond vertoef met hoofd en blik – de voorzee is veranderd (het stukje dat bij eb tussen het strand en de eerste zandbank stroomt, waar je “door” raakt desgewenst).
In mijn jonge jaren was het water helder. Je zag krabben rondlopen of zwemmen, zeesterren, onbenoembare visjes, een enkele kleine kwal. Schelpen die rondliepen met waarschijnlijk een kreeft er in.
En een heel enkele keer een inktvis, achtarm of kraak. Altijd maar een. Dus kraken zag je dan niet. Zouden ze er nog wel rondzwemmen?
Deze tijd vraag niet om trapezes
“Mien, een tafel heeft vier poten!” Ja, je moet het maar zien, nietwaar. In het Grieks wordt het door de naam al weggegeven: trapeza,
vierpoot. De atletiektrapeze zal dus ook vier poten hebben, hoe zit het
met dat ding aan een touw waar circusartiesten toeren verrichten
waarbij het publiek heimelijk hoopt dat het misgaat?
“Trapeza” was de wisseltafel – zoals Jezus haar voor die ene keer uit
de Tempel heeft gedreven – de voorganger van de bank (ook al een woord
dat naar een meubelstuk verwijst, wonderlijk eigenlijk). Tot vandaag aan
toe is trapeza het woord voor bank in het Grieks en in het
Arabisch is dit tarabessa geworden. Niet alleen in de Griekstalige
wereld kan men het woord niet meer horen.
Engelse enkels
Haar naam weet ik niet meer, de meeste namen van klasgenoten van de
kleuterschool zijn weggezakt. We waren buiten, misschien op een
speelplaats, misschien wel in het park een eind(je) verderop.
De juffrouw wist dat de naamloze een Engels liedje kon zingen, en
vond dat zij dit kunstje moest opvoeren voor ons. Het meisje moet
aarzeling en verlegenheid opzij gezet hebben om aan die wens te voldoen.
Zij deed het. Maar zij keek de schare niet aan, onder het zingen moest
zij nodig iets aan de gesp van haar schoen regelen. “Happy birthday to
you” zong zij. Over wie? Maar dat dacht ik toen niet.
“Dit is niet waar” dacht ik. Ik zie wel nog steeds haar enkels voor mij.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Een voorzee... Ik ken het hele woord niet, maar de voorzee ken ik wel. Heel de Texelse westkust was ermee bezaaid, met voorzeeën. Ook Westerslag, het favoriete strand uit mijn jeugd. Warm en kabbelend maakte hij de 'echte' zee en de branding extra spannend.
De duinafslag zette door. Riet werd geplant. Prikkeldraad gespannen. Weg duinpannen, waar ik (ik was nog jong, schrijver) mijn meisjesboeken las, mijmerde en ins blaue hinein staarde.
Het strand werd opgespoten, de voorzee verdween. Dat realiseerde ik me pas toen ik een jaar of 5 geleden met man het noordelijkste stuk strand van Texel afwandelde, van de Slufter tot de vuurtoren. Ribbels. Golfjes. Scheermesjes. Voorzee. Kijk man, zei ik, kijk. Zo was het overal. Dit is het strand uit mijn jeugd...
Een reactie posten