20 maart, 2012

Het stempel op de tram


Het Amsterdamse Gemeentevervoerbedrijf wordt van hogerhand moedwillig en stelselmatig om zeep geholpen. Het Haagse regime wil in het kader van de Totale Liberalisering de zeggenschap van het gemeentebestuur over het openbaar vervoer opheffen (hetgeen grotendeels al gelukt is) en binnen het GVB wordt het nachtmerriesprookje in stand gehouden dat het hier om een Bedrijf gaat dat moet Presteren en waar Winst moet worden gemaakt. Er worden boetes opgelegd voor te laat rijden en premies voor op tijd rijden. Dit houdt ongetwijfeld weer een bureaucratisch apparaat in stand.

In deze marktschemering gaat politicologe/journaliste Jorie Horsthuis als conductrice werken waarbij zij alle lijnen van het net te doen krijgt. Over lijn 16 en 24 herinner ik mij overigens niets speciaals van haar maar in de anderhalve jaar dat zij op de tram zit heeft zij ze meegemaakt*). Van het eerste jaar doet zij tamelijk nauwgezet verslag. Enig idee over hoe zij het werk opvat en of zij iets denkt over het GVB als geheel laat zij niet blijken. Toch is het inkijkje ontluisterend wat betreft de bedrijfsonzin. Het zal evenwel niet uitmaken.

Wat mag ik verder zeggen over iemand die een boek heeft geschreven over waar zij gewerkt heeft? Ik hoop dat zij haar bassist alsnog eens is tegengekomen...

- Jorie Horsthuis, Op de tram - een jaar als conducteur in Amsterdam. Amsterdam: Ambo, 2011.

*) Ik laat dit heel eerlijk staan maar het is natuurlijk een knoert van een vergissing: de lijnen naar het nette Buitenveldert, 5, 16 en 24, worden gereden zonder conducteur. [Correctie 20 maart 15.34]

Geen opmerkingen: