31 juli, 2010

Tovenaar en dominee - 1


De officiële Hervormde Kerk heeft van oudsher iets tegen mystiek. Mystiek is niet schriftuurlijk. In de Schrift staat wie God of Jezus ontmoet heeft en daar dienen wij het bij te laten. Omdat een van de mogelijke omschrijvingen van mystiek is: de directe ervaring van God (de hoofdletter is buiging voor conventie en zwaktebod), is mystiek - nou, dan misschien niet uit den boze maar toch iets om te vermijden. Wie zal bepalen of die ervaring van God juist niet een ontmoeting met den Boze is? Die kunnen wij allen namelijk volop tegenkomen, hij wordt immers zo goed als niet genoemd in de Schrift.

Aan de hand van De tovenaar en de dominee van Henk Vreekamp dringt tot mij door wat deze anti-mystiek nu eigenlijk betekent.
In allerlei bevindelijk genoemde kerken en kerkgenootschappen speelt voor de gemeente de directe ontmoeting met God of Jezus juist een hoofdrol. Voor iemand die enerzijds niet wars is van mystiek - komaan, ik mag toch wel uit de kast, niet? - en anderzijds geen enkele band heeft met deze bevindelijkheid gaat het om onbegrijpelijkheden. "Ik ben er, maar voor jou zal het nog heel lang duren, als het er al van komt" zegt zo'n fijn persoon dan fijntjes tegen de gekwelde medegelovige. "Die is er bijna," kan dan ook gefluisterd of hardop gezegd worden over een ander.

Och, en dat taaltje over de ontmoetinkjes met dat zoete wezen, de gevoelde eenheid met het volk dat het zo goed aanvoelt, en dat vooral in de bijbelgordel woont. Och, sprak toch maar een iegelijk de tale Kanaäns.
Alkmaar is een verdachte stad, over de grote steden hoeven we het helemaal niet te hebben.

De overtuiging uitverkoren te zijn dankzij de ontmoeting met de Heere Heere, dat is dan mystiek vanuit de officiële hervormde optiek. De mystiek is niet te vinden bij Eckhart of Tauler, bij Franciscus of Teresa van Avila, bij de woestijnvaders/-moeders, bij Albert Schweitzer of Martin Luther King. Het is de buurvrouw "die er is", en jij, mannetje, moet nog maar afwachten.

De gedachte dat het persoonlijke gevoel (besef, in de eigen optiek) gered te zijn van de verdoemenis mystiek zou zijn - ik kan het redelijkerwijze niet afwijzen en tegelijkertijd druist het in tegen alles wat ik van mystiek weet/meen te weten, zoals uitgedragen op deze site en aanpalende gewesten.

Geen opmerkingen: