Het studentenpakhuis waarin ik woonde werd door de politie geheel afgeschermd. Niemand mocht er in of er uit. Vervolgens werden alle kamers doorzocht. Of het iets met de eerdere aanwezigheid van Andreas Baader te maken had zou ik niet kunnen zeggen (toen dacht noch wist ik daarover). De officiële smoes was een bankoverval, het gerucht ging dat de overvallers de flat waren binnengevlucht. Een goede reden om een razzia te houden in zo'n 650 woningen.
Een van de universiteit "gestolen" schrijfmachine was de oogst. Of cannabis door de vingers gezien werd weet ik niet zeker, maar het moet haast wel.
Het verhaal moet uitgebreider gedaan worden.
Nu eerst een zijlijn.
De actie als reactie op de politieoverval - de staatsgreep in Chili lag nog vers in het geheugen - was een muurkrant die misschien een tijdschrift zou worden en anders een vast punt in de flat. Als beoogd deelnemer kwam ik in contact met Waling, de striptekenaar, schilder, wiskundige, politicoloog, dichter.
"We moeten het de Gettobode noemen," vond hij. De flat was een getto dat - zo was gebleken - heel eenvoudig was af te grendelen en te doorzoeken. Het woord getto viel niet goed bij de anderen, die zich waarschijnlijk ook niet als gettobewoners zagen.
Waling zette nog maar eens de cassette aan. "Hier word je mee wakker op de radio in Nederland. Niet te geloven."
Ik heb het plaatje verder nooit gehoord, evenmin als de naam van de zangeres (Lydia Oosthoek) maar van de tekst van Liefde kan ik reconstrueren:
Ik zal je blijven pesten zolang ik kan
Je zult het weten lieve man
[Refrein:] Liefde dat is heel wat anders
heus mijn hartedief
toen ik jou pas leerde kennen
was je nog zo lief
Geen opmerkingen:
Een reactie posten