30 juli, 2009

Een droombeeld


Het was in de dagen waarin we de zandvlakte van het Waterlooplein als een te beplanten en te ontginnen ruimte zagen - het Vlooienpark had ik het genoemd en zo heette het officieel - als guerrillatuin dan.
In die dagen, 1978 en daaromtrent, werden op grote schaal de drieassers terzijde gesteld en gesloopt. Slechts een paar bleven er nog rijden.
Ik had het romantische idee er een voor een symbolisch bedrag te kopen en in te richten als woning in of bij de tuin (de rails van lijn 11 lagen er nog - of de wagen daarop kon staan? het was zelfs het debuuttraject van de drieassers).
Wonen in een tram, weer een andere vorm van kraken.
Het is bij die droom gebleven.
Maar dertig jaar later staan de 496 en de 965 (en een tramstel uit een vreemde, onbekende stad) aan het IJ bewoond te wezen.
In de grote filmkast van de 496 staat een varen in een potje, tegen de tram aan groeit een vijg.
Hoe het zit met water en sanitair - er is een keuken dus er zal water zijn...
Nee, privacy heb je niet in een tramwagen als woning in de openbare ruimte, of je moet altijd de gordijnen dichthebben.

Wonderlijk om mijn romantische droom verwezenlijkt te zien. Maar de omnummering van de wagen (die de laatste vijftien jaar 896 genummerd was) zegt mij dat hij eigenlijk voor museumdoeleinden bestemd is, en in weer en wind stilstaan aan een zeearm (ook al brengt de wind geen zout mee) komt het behoud niet ten goede - laat staan de bewoning (lees dit zoals u wilt).

Hier ergens had ik een collega van hem gedacht, misschien zelfs op de rails in de rijweg zelf:


Geen opmerkingen: