Bij de spreuk "Een tevreden roker is geen onruststoker" stel ik mij de afgebeelde reclame voor: man in schandpaal, krijgt bij wijze van troost een pijp aangereikt. Onrust zal hij niet meer stoken, zeker voorlopig niet.
Ik wil best geloven dat de spreuk gescandeerd werd bij antirookhappenings op het Spui indertijd, maar voor mijn gevoel bestaat het rijmpje langer dan ik zelf. En ik was er niet bij op het Spui, maar ik was er wel al. Wordt hier niet het ware Nederlandsche gevoel uitgedrukt: kalmpjes aan, alles met mate, geen onrust alstublieft? Het zou zijn wortels juist diep in de negentiende eeuw kunnen hebben.
Op deze site heeft "Mary" het laatste woord:
“Een tevreden roker is geen onruststoker” is géén leus, spreekwoord, sigarettenreclame of mantra, maar een oud gezegde. Mijn vader is van 1889 en bij ons thuis, maar ook bij onze grootouders, hingen houten bordjes aan de wand, soms met koper beslagen waarin dit en andere gezegden stonden gegraveerd. Soms diende zo”n plankje bv. als pijpenrek.
Een variant op “Een tevreden..enz.” was: “t Is geen man, die niet roken kan”.
Hm, krasse oude baas, uw vader, Mary...
Maar ik denk dat het klopt: hoe zeer mijn oma ook een hekel had aan de gewoonte, ze vond wel dat een man moest kunnen roken. Onder dit motto gaf ze mij op een gegeven ogenblik een mooie sigarettenkoker, die ik nog nooit gebruikt heb.
Toch heb ik wel even tabak gerookt, maar ik vind niet dat het nu mannelijker maakte of onrust voorkwam.
Ik moet bekennen dat ik het wel waardeer dat er geen rooklucht meer in mijn kleren zit als ik ben uitgeweest, maar ik ga er niet vaker om. Daarvor zijn de prijzen voor wat je in de eerste plaats gebruikt in een tapperij tezeer opgejaagd.
Het verstrekken van rokertjes hoort evenwel van oudsher ook tot de functies van deze lokalen. En het rookverbod geldt als arbo-regel, maar het zijn juist de barlieden zelf die soms de ene sigaret met de andere aansteken. Maar arboregels zijn er ook niet voor mensen. Ze zijn er voor de verzekeringsmaatschappijen.
De tabaksindustrie had zich er op moeten voorstaan vooraan in de strijd tegen de kanker en de hartkwalen te staan, dan was zoiets als het rookverbod in drinklokalen niet gebeurd (vergelijk de oliemaatschappijen die zo geweldig veel goeds voor het milieu doen in hun reclame op de televisie / met dank aan George Monbiot).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten