Men had mij als oprichter van het Ierland Comité gevraagd mee te doen aan een actie tegen "de bontjasvrouwen". Zo werden de winnaressen van de Nobelprijs voor de Vrede 1976 misprijzend genoemd. Ik zie dat een van hen receptioniste was, klinkt proletarisch genoeg, maar dan...
Enfin, deze dames - niet "vrouwen" zeggen dus - die een geweldloze oplossing van de tribale problemen in de Six Counties voorstonden, stonden het zicht op de ware strijd in de weg. En ze zouden onthaald worden in de Westerkerk. Het stond mij bij dat het in kille misschien-voorjaarsdagen van 1977 was, het onvolprezen net vertelt mij dat het 5 februari '77 was.
Het Ierland Comité waarvan ik (mede-)oprichter was had eigenlijk slechts de naam gemeen met het latere Ierland Komitee Nederland (IKN). Het heeft misschien een half jaar bestaan en gaf een Ierland Bulletin uit, waarvan het belangrijkste nummer een vertaling van het geweigerde verslag van het Sunday Times Insight Team over Bloody Sunday was. Dit verslag kwam bij mij aan in een geopende envelop (ruw opengescheurde kant). Iemand van het Nederlands Instituut voor Vredesvraagstukken vroeg mij om het typoscript, ik heb het op de bus gedaan en het is nooit bij hem aangekomen. Signalen die meegeholpen hebben aan het omzetten van het Ierland Bulletin in Repressie Revue, gewijd aan geheel Europa. Maar ook dit blad hield op te verschijnen toen het draagvlak tot twee redacteuren was teruggebracht.
Maar goed, het IKN stelde numeriek nu ook niet veel voor en ik stelde de uitnodiging voor de actie op de een of andere manier wel op prijs. De actie zou uit een picketlijn bij de ingang bestaan en harde vragen stellen aan de bontjasvrouw Betty Williams.
Naar ik mij herinner was de delegatie slechts drie meisjes groot. En ik dan, vier mensen. Het kan haast niet kloppen, maar ik kan er mede in verband met het verloop van de actie niet meer van maken. Waarschijnlijk was de Ierse man die Betty Williams onderbrak en bestraffend toesprak deel van de actie, maar dan is deze afgeschermd geweest. Misschien zaten er meer in de zaal.
Het drietal waren Els, Monique en M. Els kende ik van andere actie, zij was misschien wel de wonderlijkste harde-actievoerster die men zich kon indenken. Zij kwam altijd met een breiwerkje naar vergaderingen. Een manier om iets om handen te hebben, zeker, beter dan roken, maar toch opmerkelijk. Monique was de zus van de Nederlander die als RAF-lid gevangenzat in Duitsland. M. heb ik - nadenkende terwijl ik dit schrijf - waarschijnlijk slechts drie keer ontmoet, terwijl zij of de groep waar zij bij gehoord had een grote rol speelde in mijn wederwaardigheden op politiek gebied destijds. Wonderlijke ontdekking.*) Zij droeg zowaar een halflange bontjas, iets wat ik haar op vriendelijke toon verweet - we waren toch tegen de bontjasvrouwen! - waartegen zij zich verweerde met de opmerking dat de jas van haar oma was en dat ze hem nou eenmaal leuk vond staan. Hiermee verdwijnt zij ook weer uit dit verhaal. (Bont was nog niet op andere manier politiek-incorrect destijds).
Wij stonden op de Westermarkt te wachten tot de deuren opengingen. Om te illustreren hoe gemakkelijk Nederland in elkaar stak in die dagen, waarin de Terreur Toch Op Iedere Hoek Loerde, kwam het kroonprinselijk paar per auto aan op enkele meters van mij vandaan. Ik keek Beatrix aan, mij viel niets beters in dan "Republiek!" te roepen, wat zij met een glimlach beantwoordde.
In de kerk werd de Ierse spreekster inderdaad onderbroken door een Ierse man (of twee?) die "Shame on you!" zei, dit toelichtte en Williams voor leugenaar uitmaakte. Het kan best geklopt hebben maar het zou niet lang duren. Lang genoeg evenwel om de delegatie van het IKN een spandoek te laten ontrollen en een leuze te laten scanderen. Het duurde geen minuut, toen bleek er toch politie te waken over het welzijn van de kroonprinses, en die verwijderde spandoek en actievoersters vliegensvlug.
Die vrouwelijke vorm staat er niet voor niets. Els en Monique waren niet groot van stuk en vroegen mij (en de wat grotere M.) het spandoek hoog te houden. Ik zag niets in een dergelijke actie waarvan je kon voorzien dat deze in de kiem gesmoord zou worden. We zouden toch pamfletten uitdelen of kritische vragen stellen?
Dus ontrolden de klein-van-stukmeisjes het spandoek dat binnen de kortste keren werd afgepakt.
Na afloop, buiten, drukte een aardige mevrouw een van hen een bankbiljet in handen, zeggende dat zij het heel erg vond: "Jullie moeten bemoedigd worden in plaats van de politie op je afgestuurd krijgen."
In die dagen was ik geabonneerd op De Volkskrant en De Waarheid, ik kan mij niet herinneren dat de actie de voorpagina van een van deze kranten heeft gehaald.
*) Ik heb in een Jaarboek Anarchisme schetsmatig memoireachtige notities geplaatst over de Federatie van Vrije Socialisten, meer bepaald in Amsterdam, een uitnodiging om deze uiterst actieve groep nader te bestuderen zonder wrok of naijver. Een van de genoemden had er 48 kantjes voor nodig om aan de redactie te laten weten dat het hem niet beviel. Niet dat er een touw aan vast te knopen was, maar het was voldoende om mij verder kopschuw te maken. En dan was het niet eens - in de geest van die tijd - een persoonlijke geschiedenis... Antoine Verbij citeert het stuk zonder het te citeren in zijn Tien rode jaren, zo gaat dat.
Deel 1 van deze serie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten