09 mei, 2008

De niet-bestaande God


Het loopt alweer tegen de tien jaar geleden dat ik in een universiteitszaaltje in Haifa mijn eerste lezing over het christen-anarchisme gaf. Na afloop van de werkgroepsessie bestelde een karmelietes, die iets over Teresa van Avila had gezegd, een taxi sjeroet die ons - de moderator, haar en mij - naar een Karmelietessenklooster op de berg Karmel zelf bracht.

Daar, tegenover de zusters achter de tralies, kon ik geïmproviseerd in het Frans - de Europese taal van het christelijke Nabije Oosten - mijn lezing overdoen voor merendeels Oostaziatische zusters.
God bestaat niet, God is de grond van alle bestaan, zei ik namens de gemiddelde mysticus. De zusters knikten vriendelijk-begrijpend. Zij vonden blijkbaar niet dat aan de fundamenten van de kerk gerommeld kan worden door een voorbijganger. Bij de kleingelovigen van de PKN - die naam ook alleen al - vindt men van wel.

Het boek van Klaas Hendrikse, Geloven in een God die niet bestaat, is een peuleschil vergeleken met wat vanuit moderne kring, en zeker vanuit de Hollandse Radicale School, werd geschreven, een eeuw en langer geleden. De historiciteit van Jezus trekt hij niet in twijfel, bijvoorbeeld. Misschien is het gevaarlijk dat hij zich zeer eenvoudig uitdrukt en dat zijn verhaal voor iedereen die er kennis van wil nemen te volgen moet zijn. Hij komt ook niet uit bij een mystieke gedachte als de oergrond van het bestaan of de Primordiale Intelligentie of hoe men de niet-persoonlijke immanente transcendent ook zou kunnen noemen. God bestaat niet, punt. Het is niet nieuw, het is niet radicaal en een op de zeven predikanten in die PKN gelooft niet in een persoonlijke god of helemaal niet in een opperwezen. Het is treurig dat voorheen de Nederlandse Hervormde Kerk tot dit niveau afgezakt moet zijn en in feite fundamentaliseert en de vrijzinnigheid de kerk zoniet de wereld uithelpt.

Nieuws in dit verband (Trouw, 7 mei jongstleden):

De classis Walcheren wijst in een brief aan de raad in Middelburg op de kerkorde, de wetten van de PKN. De rechtsgrond waarop de kerkeraad moet opdraven, is dat er verdenkingen zijn dat Hendrikse 'de fundamenten van de kerk aantast'.

Zowel de Vrijzinnige Gemeente Zierikzee, als de Koorkerkgemeenschap Middelburg waaraan Hendrikse verbonden is, willen niet praten onder de door de classis gestelde voorwaarden. De classis eist ’vertrouwelijke omgang met het besprokene’, maar die gevergde geheimhouding verwerpen de beide kerkeraden. Hendrikse licht dat toe: „Wij praten alleen met de deur open. Iedereen mag meekijken, en wij mogen ook tussentijds adviseurs raadplegen.”

„U schrijft ijskoude brieven”, oordelen de twee kerkeraden. „U slaat het juridische pad in. Waarom dwingt u ons de hakken in het zand te zetten? Waarom komen jullie niet zonder agenda bij ons op bezoek voor een open gesprek? Waarom informeer je niet naar onze ervaringen en maak je ons deelgenoot van die van jullie? Waarom wordt er alleen over Klaas Hendrikse gesproken en niet mèt hem? Is dat kerk-zijn?”

Volgens Hendrikse worden de classes op de hielen gezeten door orthodoxe protestanten die willen dat er maatregelen genomen worden tegen de predikant. „De classisleden lijken wel marionetten en robots. Ze creëren een grimmige sfeer.”

De kerkeraden hebben daar wat op verzonnen: ze nodigen het bestuur van de classes uit ’voor een gesprek met koffie en appeltaart, zonder agenda en notulen’.


Koffie met appeltaart... Op de bijeenkomst in de Utrechtse Geertekerk waarnaar ik boven verwijs kwamen jongeren aan het woord die bij wijze van avondmaal gezamenlijk eten organiseren, eens per maand, gewoon met de pan op tafel.
Ik moet mij daar wel iets studentenflatachtigs bij voorstellen als een enorme pan chili con carne, dus bruine bonen met gehakt - voor de vegetariërs chili con queso. Iets blokkeert dan in mij om verder te denken bij de gedachte aan de Kerk als eetcafé, zoals Hendrikse het zich voorstelt. Het zal wel persoonlijk zijn.

Bij nadere beschouwing is de Kerk als eetcafé iets anders, het is een allegorie ten aanzien van de menuvoering, begrijp ik (om in de beeldspraak te blijven). Al kan een Avondmaalviering desgewenst deel uitmaken van het menu, begrijp ik. Niets op tegen. Ik ben niet enthousiast over Hendrikses boek - eenvoudigweg omdat het niet schokkend nieuw is wat hij stelt, ik kan er dan ook geen bezwaar tegen bedenken. De hele vertoning is een testimonium paupertatis van de PKN, die als Hervormde Kerk waarachtig wel voor hetere vuren heeft gestaan.

Geen opmerkingen: