24 oktober, 2007
De sociaal-democratische traditie van het bestrijden van arbeiders
Het loopt al tegen de tien jaren inmiddels, dus wat zal ik klagen? Ik was in Rotterdam om in het gemeentearchief het een en ander uit te zoeken over de elevatorstakingen, in het bijzonder die van 1906. De syndicalistische christen-anarchist S. van den Berg, van huis uit joods, speelde een belangrijke rol bij de organisatie van de eerste staking. Hij vroeg om steun uit christen-anarchistische kring. Maar daar liepen toch al weinig arbeiders in rond en was ook niet veel empathie met de zaak van stakende arbeiders.
Bij Van den Berg had ik al het opmerkelijke Elevatorenlied opgemerkt, op de wijze van Daar komen de schutters!, ik had de tekst doorgegeven aan de Liedbank van het Meertensinstituut waarmee ik toen op geheel eigen wijze contact onderhield.
Bij het gemeentearchief werden mij de stukken geweigerd die betrekking hadden op de staking. "Er is iemand mee bezig of kort geleden mee bezig geweest. In dat laatste geval geven we het voorlopig ook niet ter inzage." Hoe kan dat nou, kon ik slechts spontaan uitbrengen. Daar kwam ik al snel makkelijk achter: een Engelstalig artikel (dat kon dus zo al niets wezen) dat de moeilijkheden van de zogeheten moderne vakbeweging met deze staking beschreef. Toen het uit was, zag ik dat de "socialist" Sam van den Berg (hoe kwamen ze aan zijn voornaam?) er in werd genoemd.
Van den Berg vroeg om hulp en begrip voor de arbeiders in de Rotterdamse haven, die met deze machines hun werk gedegradeerd zagen en gedoemd tot verdwijnen. In dezelfde dagen - ik was toch in de buurt - kwam ik er achter dat mijn voorgeslacht, dat oorspronkelijk in de jeneverindustrie als zakkendrager, korenmeter of -weger in Schiedam werkte, omstreeks de eeuwwisseling in de Rotterdamse haven was gaan werken. Een van de stakers moest mijn overopa zijn. De staking was dichterbij dan ik dacht.
Het opmerkelijke was dat de gelovige arbeiders, eventueel in een katholieke of protestantse bond georganiseerd, de staking van de syndicalisten ondersteunden. De modernen waren voor de invoering van de elevatoren. Die was namelijk toch niet tegen te houden: de vooruitgang! En tevens: een manier om van de vervelende concurrentie van met name de syndicalisten van het NAS af te komen.
Voor hen die het niet weten: de modernen waren de sociaal-democraten in de vakbeweging, het NVV van - later - commissariatenverzamelaar drs. Wim Kok.
Evenals de partij was in de vakbeweging de Nederlandse sociaal-democratie van huis uit een reactionaire beweging, gericht tegen de verklaard-revolutionaire socialisten en syndicalisten. Liever samenwerken met de kapitalisten dan de revoiutionairen hun gang laten gaan. Vanaf 1894, niets aan de hand, nooit iets veranderd. Er is niets verraden door deze richting, niet bij de spoorwegstakingen van 1903, niet bij de elevatorenstakingen enzovoort. Toen modern, in 1973 modern, en nog steeds modern.
De arbeiders die door deze modernen voor de voeten werden gelopen verdedigden hun broodwinning, de wijze waarop korenschepen van oudsher werden gelost of geladen. Het ging niet alleen om behoud, het ging ook om de erkenning van hun vak dat dateerde uit de tijden van de gilden. Het ging om de arbeider als mens, dat had niets met vooruitgang te maken. De modernen hielpen hun vrinden de havenbaronnen winnen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten