16 mei, 2007
Een ware ontworteling van Europa
Wanneer ben ik opgehouden te kijken? Vóór '74, het winnende liedje toen zag ik alleen in het voorbijflitsen, op het einde, en het leek mij wel een winnaar. En dan blijft het weer rustig op het front. In 1989 besprak ik het in een beschouwing voor de radio, getroffen door het feit dat Zwitserland een Reto-Romaanse inzending had. Het Eurovisiesongfestival als schouwtoneel van Europese diversiteit. Frankrijk zond zelfs eens een Bretons lied in. Vooral ook Amina in 1991, die had gewonnen maar door een truc werd weggewimpeld. We hebben Le dernier qui a parlé nog geïntroduceerd bij SCORPIO in Leuven, waar anderen het ook draaiden. Dat kon dus nog.
Maar in grote lijnen was het al zo irrelevant als het sinds de vroege jaren zeventig was, en wordt het alleen maar erger. Althans, in het deel van Europa waar ik dit schrijf.
Maar er zijn gradaties. Er valt te twisten over de einddatum. De recensent van Trouw verwees naar Dingedong als behorende bij "ons" collectief bewustzijn. Dat is toch later. En het kan waar zijn. Afgezien van een Engelse versie door Kees van Kooten (en die tekst is geheel anders) had ik het nog nooit gehoord, toen ik het op een ochtend op Mi Amigo tot mij door kon laten dringen. Het was een beetje een matin après, ik was alleen en het was mijn verjaardag.... "de tijd was om"... Het onnozele lied dat ook weer niet zo heel onnozel was leek een droeve waarheid uit te spreken - maar het was in orde tussen ons, bleek later - de desolaatheid en het liedje stonden en staan wel in mijn bewustzijn gegrift. Dus 1975/76 telt nog.
Wanneer was de tijd dan om voor dit non-event, de gelegenheid om nog enkele maten van het Te Deum van Charpentier te laten horen? Dat het een camp gay event werd was alleen een aanwijzing dat het afgelopen was.
In de tijden van de vakjury was lang niet altijd het winnende liedje ook echt moreel de winnaar. In 1968 was het blijkbaar de opzet Cliff Richard niet te laten winnen, wat ik toen waardeerde en achteraf genant vind. Winnaar was een ripoff van het refrein van Dave Davies' Death of a clown onder de ongelooflijke titel La la la. Wie kent het nog? Zelfs de Nederlandse inzending, Morgen van Ronnie Tober, was interessanter - het is in het Engels gecoverd door de Blue Diamonds en de New Faces. Maar goed, in die jaren moest de heteroseksualiteit van de jury uitgetoeterd worden: het korte jurkje van de Spaanse Massiel trok meer punten dan de pakjes van Dubrovacki Trubaduri, muzikaal gesproken de echte winnaars. Een inzending van Joegoslavië, maar Joegoslavië kon en mocht nooit winnen.
[Laat ik niet het heilig boontje uithangen: als het om het uiterlijk gaat kies ik ook voor Massiel, maar dat was officieel niet het punt. De vakjury zweemde tot aan de rand van de pedofilie met winnaressen als Gigliola Cinquetti en France Gall, maar dit alles terzijde].
De winnares van 1968 onderstreepte wel wat er aan de hand was in Europa. Het had gezongen moeten worden door Juan (Joan) Manuel Serrat, en die was van plan het in het Catalaans te brengen. Dat was niet de bedoeling - officieel mocht die taal niet eens in het Spanje van Franco - en dus werd het het jurkje van Massiel.
Ja, het had zo mooi kunnen zijn, de eenheid in diversiteit van Europa. Het kon niet in 1968, het bleek ook na 1989 niet te kunnen. Ernstig mis was het laten vallen van de regel dat het lied in de of een landstaal van het inzendende land moest worden vertolkt. De tendens naar steenkolenengels werd zo onstuitbaar - en omdat dit Engels de taal van de Markt en Bisnus is waande iedereen zich bijvoorbaat winnaar in het steenkolenengels. Niks Bretons of Arabisch accent, niks Retoromaans. En wonderlijk genoeg wint dan toch een nondescript vergetenswaardig nummer in 2007 in een taal die tot 1992 niet bestond officieel, het Servisch. De stemmenuitslag is een voortdurende illustratie van de waanzin waar Europa doorheengegaan is de afgelopen achttien jaar. De Sowjet-Unie, Tsjechoslowakije, Joegoslavië, ze moesten opgebroken worden, het waren gevangenissen der volkeren. Eeuwenoude haat tussen Kroaten en Serven (of hoe zei men het) moest wel leiden tot bloedige oorlog etcetera. Etnische zuivering en massamoord, het was te voorspellen, achteraf uiteraard.
En als het er op aankomt willen al die brokstukken van gefragmenteerde federale republieken bij de Europese Unie horen, goede vrienden van de VS zijn (een martelkampje is altijd welkom) en NAVO-lid. En bij het Eurovisiesongfestival stemmen de zes voormalige Joegoslavische republieken op elkaar alsof niet eeuwenoude rivaliteit (depuis 1991) hun elkaar naar het leven deed staan. Het is een ongelooflijke vertoning. Dansen op het graf van de doden van Srbrenica. Feest in de huizen van de verdrevenen van Knin. Of niet?
Hier gebeurt iets waarvan ik mij afvraag of ik het nog wil begrijpen.
Als slotakkoord een citaat van de veteraan onder de presentatoren, al mist dit het punt van die dodelijke rivaliteit die wij blijkbaar vergeten moeten zijn:
I've said it so many times it has become a cliché. We won the Cold War but we lost the Eurovision - Terry Wogan
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten